Exotisch en waanzinnig groen: een Palm in je woonkamer geeft een heerlijke sfeer...
De oorsprong van de Palm (Livistona Rotundifolia) is Maleisië. Rotundifolia verwijst naar de ronde handvormige Palmbladeren. Rhapis groeit in China en Zuidoost-Azië. Caryota, te herkennen aan zijn 'afgescheurde' bladeren, komt uit een gebied van India tot de Filipijnen. Cycas tenslotte, is eigenlijk geen Palm maar behoort tot een van de oudste plantenfamilies, de Cycadaceae. Cycasachtigen kwamen miljoenen jaren geleden al voor, in het Carboon en Jura, ook bekend als de periode van de dinosaurussen. In de tijd dat Jezus de Kruisweg liep, werden de bladeren gebruikt om de weg mee te plaveien, vandaar dat de plant ook wel vredespalm wordt genoemd. Cycas komt in zuidelijke landen veel voor en is inheems in Zuidoost-Azië. De jonge bladeren rollen zich uit als die van varens. Cycas kan zeer oud worden, tot wel 1000 jaar, maar groeit uiterst langzaam.
Er zijn wel 200 geslachten en 3000 soorten Palmen, die groeien in de warme streken van Azië, Afrika, Amerika en Australië. De meeste palmen hebben een rechte stam met aan de top een kroon van veervormige of waaiervormige bladeren. Palmen worden altijd uit zaad vermeerderd en de productietijd hangt af van de grootte van de plant. Hoe groter of ouder de plant is, des te langer de teeltduur.
De Palm staat het liefst op een plek met licht tot matig licht, maar niet in de felle zon. Direct zonlicht kan de bladeren verbranden en bruine plekken veroorzaken. Een plek in de woonkamer met gefilterd licht of halfschaduw is ideaal. Zorg ook dat de palm niet op een tochtige plek staat, want koude lucht kan schade aan het blad geven.
Denk je dat iedere Palm eindigt met bruine punten en geel blad? Think again! Met deze tips gaat het zeker lukken.
Voed de Palm van februari tot en met oktober wekelijks met een speciale palmvoeding, zoals Pokon Bio Palm Voeding 250ml. Deze voeding stimuleert de vorming van diepgroen blad en bevat essentiële voedingsstoffen en sporenelementen. In de wintermaanden is voeding meestal niet nodig omdat de plant dan minder actief groeit.
Hoeveel water de Palm nodig heeft, hangt af van het type blad: Palmen met dunne, fragiele bladeren (zoals Livistona) hebben meer water nodig dan soorten met dikke, stugge bladeren (zoals Cycas en Rhapis). Een goede vuistregel is om de bovenste laag van de potgrond licht te laten opdrogen tussen gietbeurten door. Voorkom dat de wortels te nat blijven, want dat kan wortelrot veroorzaken.
Heb je het idee dat je Palm een probleem heeft? Aan het blad kun je meestal zien hoe het probleem is ontstaan en hoe je dit snel kunt oplossen. Geel wordende bladeren tonen vaak een tekort aan water of plantenvoeding. Ook kunnen gele bladeren een teken zijn van het gebruik van water met een te hoge pH-waarde. Bruine bladpunten zijn vaak het gevolg van te koude lucht of een tochtige standplaats. Afstervende en dorre bladeren kun je wegsnoeien door de bladeren dicht op de stam af te knippen.
Lees ook verzorgingstips over de Areca Palm, ook wel de Goudpalm genoemd. Vaak vinden mensen deze iets lastiger mooi te houden.
De Ilex Crenata is een plant die ook bekend staat als een buxus alternatief. Dez...
Planttype: Heester
Grondsoort: Pokon Buxus Grond
Bemesten: Twee keer per jaar
Vochtigheid: Normaal
Standplaats: Halfzon, zon
Wind: Windbestendig
Gebruik: Solitair
Hoogte: tot 3,5 meter
Groeiwijze: Opgaand, bolvormig
Blad/loof: Groenblijvend
Winterhardheid: Goed (-23,3 tot -17,8°C), USDA zone 6
De Ilex Crenata is een perfect alternatief voor de buxus, ze hebben zelfs dezelfde grond nodig. Ga voor de Pokon Buxus Grond waar genoeg voedingsstoffen in zitten voor de eerste 100 dagen. In deze grond zitten grondstoffen zoals turfstrooisel, klei en rijstkaf. Dit is precies waar jouw Ilex Crenata behoefte aan heeft. Zo krijg je een sterkere plant die meer weerstand heeft tegen allerlei ziektes en plagen.
De Ilex Crenata kan wel tot 3,5 meter hoog worden. Zorg er dus voor dat deze genoeg ruimte heeft om te groeien. Wil je er een haag mee maken? Per meter heb je tussen de 3 tot ongeveer 5 plantjes nodig, afhankelijk van het formaat van de plantjes. Zet je de Ilex Crenata in een pot om in een vorm te snoeien dan is één plantje al voldoende.
De Ilex Crenata is een echte zonaanbidder maar heeft zo nu en dan ook schaduw nodig. Probeer daarom een plekje te vinden waar je op een dag zowel zon als schaduw hebt. Zo heeft de Ilex Crenata het naar zijn zin en geniet jij zo lang mogelijk van je plant.
In de Pokon Buxus Grond zit voeding voor de eerste 100 dagen. Met deze voeding houdt de Ilex Crenata het een half jaar vol. Na een half jaar is het tijd voor nieuwe voeding. Geef de voeding in april en in juni. Dit zijn de maanden waarin de Ilex het meest groeit en dus de meeste voeding nodig heeft.
Gebruik hiervoor de Pokon Bio Buxus & Ilex Voeding. Dit zijn korrels die je het beste onder de Ilex Crenata kan strooien. Let op: wanneer je het op de bladeren strooit kan dit de bladeren verbranden. Hark de korrels ook door de bovenste laag van de grond. Zo beginnen de korrels met het verspreiden van de voedingsstoffen.
Gebruik geen kalk. De buxus vindt kalk af en toe wel fijn, maar deze plant juist niet.
De Ilex Crenata is prima te gebruiken als haag, maar ook als potplant. Wanneer de Ilex op een fijne plek staat en gezond is, kan zij tot 30 centimeter per jaar groeien. Mocht de Ilex Crenata te hoog worden kun je hem prima snoeien.
Snoei de plant minimaal twee keer per jaar. De eerste snoeibeurt in het jaar is eind mei of begin juni. De tweede snoeibeurt is rond eind augustus of begin september. Tijdens de eerste snoeibeurt van het jaar snoei je wat dieper dan alleen de nieuwe takjes. Dit is beter voor de gezondheid van de plant. De tweede snoeibeurt is het perfecte moment om de plant bij te werken en enkele takjes te snoeien. Doe dit niet op de warmste dagen, maar juist op de koelere of bewolkte dagen. Dit is fijner voor jezelf en voor de plant. De jonge blaadjes zijn gevoeliger voor de zon en verbranden snel.
Je kunt ook de meest prachtige vormen snoeien in een Ilex Crenata. Om de plant in de vorm te houden zal je vaker moeten snoeien. Hoe vaker je snoeit, hoe compacter de plant wordt.
De Ilex Crenata kan tegen de droogte, maar een licht vochtige bodem is het beste. Wanneer er drogere periodes zijn zal de Ilex water proberen te stelen bij nabije planten. Geef daarom in droge en/of warme periodes twee keer in de week goed water in plaats van elke dag een beetje. Laat de bodem een beetje indrogen om te voorkomen dat de wortels gaan rotten.
Pokon heeft meerdere producten om jouw plant te helpen om gezond en sterk te blijven. Gebruik de Pokon Buxus Grond om de Ilex een goede eerste start te geven. Wanneer de voeding op is, kun je Pokon Buxus & Ilex Voeding gebruiken om voeding aan de bodem toe te voegen.
Merk je dat de Ilex Crenata zijn groene kleur verliest, kan Pokon Bitterzout Groenmaker of Pokon Buxus Groen helpen om de groene kleur terug te brengen.
Op zoek naar een bijzondere plant om toe te voegen aan jouw huiskamer? Denk dan ...
Planttype: Groene / bloeiende kamerplant
Grondsoort: Cactus grond
Water geven: Weinig
Standplaats: Zon
Blad/loof: Diverse kleuren, waaronder groen, paars, geel, wit
Groeiwijze: Onder- en bovengronds
Bloem: Geel, wit
Bloeitijd: Juni t/m november
Lithops behoort tot de groep succulenten en komt in de natuur voornamelijk voor in Afrika. ‘Lithops’ is Grieks voor ‘steenachtig’. De naam past goed bij de planten, want ze lijken erg op stenen. Omringd door kiezelstenen zullen ze zelfs nauwelijks opvallen. De Lithops planten worden daarom ook wel levende steentjes genoemd. Elke Lithops plant bestaat uit twee bolvormige bladeren die bijna samengegroeid zijn. De planten hebben maar een korte stengel en groeien grotendeels onder de grond. Ze gaan lang mee, want wanneer oude bladeren afsterven, wordt een nieuw paar gevormd. Daarnaast vragen deze plantjes om weinig verzorging. Lithops planten zijn populaire kamerplanten vanwege de makkelijke verzorging en hun bijzondere uiterlijk.
Je kunt jouw Lithops het beste planten in Cactus potgrond. Deze potgrond is geschikt voor zowel cactussen als succulenten. De bodem voldoet aan de behoeften die de plant in de natuur ook heeft. Waar de Lithops plant oorspronkelijk groeit, valt soms maandenlang geen regen. De plant moet daarom zuinig zijn met water. Deze Cactus potgrond laat water gemakkelijk door, waardoor het de Lithops goed bereikt.
Het levende steentje is veel droogte en hitte gewend. In jouw huiskamer kun je het zo prettig mogelijk maken voor de Lithops door de planten op een plek in de volle zon te zetten. Ook in de winter is een een zonnige, lichte standplaats gewenst. Dan mag het wel iets koeler zijn, dus zet de Lithops niet direct boven de verwarming.
De Lithops plantjes hebben weinig water nodig. Een groot deel van het jaar hoef je zelfs helemaal geen water te geven. Aan het einde van de lente, wanneer de Lithops nieuwe bladeren vormen, geef je af en toe water. Doe dit wanneer de grond erg droog aanvoelt. Geef de Lithops liever te weinig dan te veel water. De oude bladeren kun je verwijderen wanneer deze helemaal uitgedroogd zijn. Wanneer de Lithops plant is uitgebloeid rond november, hoef je geen water meer te geven.
Je kunt, indien gewenst, de Lithops eens per maand wat voeding geven om de planten nog sterker en gezonder te maken. Gebruik hiervoor Pokon Bio Cactus & Vetplant voeding. Deze voeding voeg je gemakkelijk toe aan het water dat je aan de Lithops geeft.
In veel gevallen kan de Lithops in bloei komen! In de zomer en herfst periode kunnen er witte of gele bloemen tussen de bladeren groeien. De bloei kan aanhouden tot in november.
‘Begonia’ is eigenlijk een verzamelnaam voor veel verschillende soorten. De mees...
De Begonia, een opvallende kamerplant met spectaculaire kleuren, heeft zijn oorsprong in warme, tropische gebieden zoals Zuidelijk Afrika, Nieuw-Guinea en de Andes in Zuid-Amerika. Hoewel deze plant al in de 17e eeuw werd ontdekt, werd ze pas in de 19e eeuw echt populair in Europa.
Binnen de familie zijn er ontzettend veel soorten Begonia’s te vinden, maar ze kunnen worden onderverdeeld in de bloeiende versie en de bladbegonia. De bloeiende versie heeft bloemen in allerlei kleuren en komt ook voor met meerdere kleuren in een plant. De bladbegonia is te herkennen aan zijn fluweelachtige bladeren. Deze Begonia heeft dus geen bloemen, maar kan deze prima missen met zijn prachtige bladtekeningen. De lijnen en patronen op de bladeren hebben ook mooie kleuren, zoals zilver of bordeauxrood, afhankelijk van hoe het licht valt.
De Begonia Maculata, ook bekend als de Stippenplant, is een opvallende verschijning vanwege zijn zilverachtige vlekken op het groene blad.
De Begonia Corallina staat bekend om zijn unieke bladtekeningen in groen met zilveren stippen. Het blad lijkt wel op een kunstwerk.
Stevig blad met een bobbelig oppervlak en kleine haartjes. Ook bekend als ijzeren kruis begonia vanwege de bruine tekening op het blad in de vorm van een kruis.
De Begonia Rex is de meest bekende bladbegonia. Zijn bladeren hebben betoverende patronen en komen in kleuren zoals groen, grijsgroen, zilver, roze, rood en paars voor. Het blad is meestal behoorlijk groot en kan soms gekruld of gedraaid zijn. Deze Begonia wordt ook wel de koning van de bladbegonia's genoemd, omdat "Rex" koning betekent.
De Begonia staat het liefst op een lichte plek met direct zonlicht, maar vermijd de felle middagzon in de zomer. Bloeiende Begonia's houden van veel licht, terwijl bladbegonia's beter gedijen in halfschaduw. Zorg dat de Begonia niet te warm staat en niet te veel zonlicht krijgt, want dit kan leiden tot verkleurde of verschrompelde bladeren.
De Begonia heeft redelijk veel water nodig en de grond moet constant vochtig blijven. Geef in de zomer twee keer per week water, in de winter volstaat één keer per week. Zet de Begonia op een tochtvrije plek en vermijd plaatsen dicht bij de verwarming, omdat de luchtvochtigheid dan te laag wordt. Voor een hoge luchtvochtigheid kun je een schaaltje water naast de plant zetten. Verwijder regelmatig uitgebloeide bloemen en oude bladeren om de plant gezond te houden. Begonia's kunnen gestekt worden door een gezond blad af te snijden, in stekpoeder te dopen en in potgrond te planten.
Om de Begonia gezond en mooi groen te houden, kun je de plant voeden met Pokon Kamerplanten Voeding. Deze voeding stimuleert extra groei en bloei. Voeg de voeding eenvoudig toe aan het gietwater en geef dit aan de Begonia volgens de gebruiksaanwijzing.
De Begonia heeft redelijk veel water nodig. Zorg dat de grond constant vochtig is, maar voorkom dat de wortels in stilstaand water staan. Geef in de zomer twee keer per week water en in de winter één keer per week.
Gele bladeren bij de Begonia komen vaak voor door te veel zonlicht, te warme omstandigheden, te weinig water of een te droge lucht. Ook tocht en koude temperaturen kunnen de bladeren beschadigen. De bladeren kunnen verkleuren of verschrompelen als de plant te warm staat of te veel direct zonlicht krijgt. Zorg daarom voor een geschikte standplaats met voldoende licht, maar zonder felle middagzon, en houd de grond constant vochtig. Een hoge luchtvochtigheid helpt ook om gele bladeren te voorkomen.
Om de Begonia een goede start te geven, is het kiezen van de juiste potgrond belangrijk. Kies Kamerplanten Potgrond om jouw Begonia een goede voedingsbodem te geven. Deze potgrond is geschikt voor zowel bloeiende als groene kamerplanten, dus kan voor beide soorten Begonia’s gebruikt worden. Door de toegevoegde TerraCottem in deze potgrond, droogt de grond minder snel uit. Er zit voldoende voeding in voor circa twee maanden. Denk er ook aan om de Begonia op tijd te verpotten. Dit kan direct na de aankoop en in het voorjaar. De bladbegonia kan erg grote bladeren krijgen en kun je het beste in maart verpotten. In de lente zullen eventueel beschadigde wortels van de plant het snelst weer herstellen.
Let op: Het sap van de Begonia is licht giftig. Vermijd contact met de huid, en zorg ervoor dat kleine kinderen en dieren het blad niet kunnen innemen.
Snoeiperiode: Maart-Juli
Snoeien:: De plant hoeft ni...
Lycopersicon, bij iedereen bekend als tomaat, is een populaire vrucht die veel g...
Planttype: Groente
Grondsoort: Moestuin Grond
Bemesten: voorjaar, zomer
Vochtigheid: normaal, vochtig
Standplaats: zon
Hoogte: 100 cm, 150 cm, 200 cm
Groeiwijze: opgaand
Blad/loof: groen
Vruchtkleur: geel, rood, eetbaar, saprijk, zacht vruchtvlees
Bloem: geel
Gebruik: handfruit/tafelfruit, koken, salades, soepen
Zaaitijd: februari, maart, april
Planttijd: mei, juni
Oogsttijd: juni, juli, augustus, september
Winterhardheid: niet (> +4,4°C), USDA zone 11
Net als in de winkel kun je bij het kweken van tomaten kiezen uit ontzettend veel soorten in alle kleuren en maten. Denk aan de kleinere (snoep)tomaatjes zoals cherrytomaten, de lekkere sappige en smaakvolle romatomaten, stevige vleestomaten en cocktailtomaten. De meeste tomatenrassen klimmen omhoog en groeien in stamvorm. Je kunt ook kiezen voor struikvormige tomatenplanten of juist voor dwergtomaten, deze zijn ideaal voor het kweken in pot.
Vanaf februari tot en met mei kun je tomaten voorzaaien in een zaaibakje in huis of in de kas in vermiculiet. Bij een kamertemperatuur van 20 graden ontkiemen de zaden na ongeveer tien dagen.
In de maanden mei of juni mogen de tomaten naar buiten en kun je de plantjes ompotten naar een grote pot of planten in de volle grond. In de volle grond plant je de planten ten minste 50 cm uit elkaar, zodat iedere plant straks voldoende ruimte krijgt om te groeien. Tomaten houden van warmte, zet ze dus ook gerust in de volle zon neer.
Qua verzorging hebben tomatenplanten vooral behoefte aan een zonnige plaats en warme, goed bemeste, waterdoorlatende grond.
Klimtomaten en stamvormige tomatenplanten dien je verder iedere week te ‘dieven’. Dieven is het verwijderen van de nieuwe stengels in de okselscheuten van de plant. Hierdoor wordt de stam van de plant sterker. Zodra de planten wat groter en zwaarder worden geef je de planten steun door middel van het aanbinden aan een stok.
Hoewel tomaten zelf voor de bestuiving zorgen kun je vanaf het moment dat er gele bloemen tevoorschijn komen helpen bij de bevruchting. Door de planten zo nu en dan zachtjes te schudden komt het stuifmeel sneller los en vergroot je de kans dat er een tomaat uit de bloemetjes groeit.
Tomaten geef je verder veel water totdat deze beginnen te verkleuren, anders barsten de vruchten.
Voor lekkere, sappige tomaten is het belangrijk om de tomatenplant te voeden. Voor optimaal resultaat kun je de tomatenplantjes bemesten van februari tot en met april en daarna nog een keer in juli of augustus.
Lees hier meer tips van onze moestuin expert Floor Korte over tomaten verzorgen.
Vanaf de maand juni, zo’n tien weken na het zaaien, zijn de eerste tomaten rijp om te oogsten. Pluk altijd boven het kroontje, zo blijven de vruchten langer vers.
Wanneer in de maand september de kou toeslaat is het vaak verstandig om ook de nog niet rijpe tomaten te plukken. Deze kun je dan op de vensterbank laten narijpen.
Een appelboom is altijd een goed idee. Naast dat appels heel smaakvol zijn als t...
Planttype: Fruit(boom)
Standplaats: zon
Grondsoort: Moestuin Grond
Bemesten: voorjaar, zomer met Bio Fruitbomen Mest
Vochtigheid: normaal
Hoogte: 200 cm, 300 cm
Bloem: wit, roze
Bloemvorm: redelijk zelfbestuivend
Bloeitijd: laat
Rijptijd: eind september, midden oktober
Vrucht: saprijk, zoet, vast vruchtvlees, aangenaam aroma
Gebruik: handfruit/tafelfruit
Winterhardheid: goed (-23,3 tot -17,8°C), USDA zone 6
Het eerste jaar, tijdens of direct na het planten, wordt de koptak voor 1/3 teruggesnoeid en meestal ook de drie zijtakken (gesteltakken). Dit gebeurt omdat de boom nog moet groeien en zich moet vormen. Het volgende jaar worden de takken die gegroeid zijn op de insnoeiplaatsen weer voor 1/3 ingesnoeid. Dit blijf je herhalen totdat de boom de gewenste grootte heeft bereikt. Daarna snoei je de koptak en de gesteltakken niet meer en stopt de hoogte- en breedtegroei vanzelf. Door het insnoeien van de koptak en de gesteltakken komen er kleine takjes aan de ingesnoeide takken. Deze kleine takjes zijn belangrijk, dit worden namelijk de takjes waar vruchtknoppen en later de vruchten aan komen. Deze kleine takjes mag je nooit insnoeien! Hoe ouder deze takjes worden, hoe meer vruchtknoppen, hoe meer vruchten.
Bij oudere bomen kunnen op de gesteltakken weleens lange eenjarige loten ontstaan, dit zijn de zogenaamde waterloten. Als de boom van binnen te vol is moet je deze loten in z'n geheel verwijderen (nooit half doorknippen want dan ontstaan er weer zijtakken aan en krijg je een boom in een boom). Als er ruimte genoeg is mag je deze loten laten staan (niet inknippen) en het tweede jaar ook niets aan doen, zo ontstaat er een nieuwe vruchttak. Let op: het eerste jaar groeit een loot, het tweede jaar gaat hij vruchtknoppen zetten en het derde jaar kan hij vruchten geven. Je krijgt een boom nooit 'klein' door zwaar te snoeien, want: snoeien doet groeien.
Let bij het snoeien goed op wat bloem- en bladknoppen zijn, bloemknoppen 'staan' op de tak en bladknoppen 'liggen' op de tak. Bij twijfel wachten met snoeien tot het voorjaar. De eerste knoppen in de boom die groen worden zijn altijd bloemknoppen en bladknoppen worden pas zo'n veertien dagen later 'wakker'. Bij het 'wakker' worden van de bloemknoppen kun je nog rustig snoeien.
Lees hier meer over fruitbomen en struiken snoeien.
Citroenmelisse is een heerlijk fris kruid en één van de makkelijkste kruiden o...
Planttype: Kruiden, Vaste plant
Grondsoort: Biologische potgrond
Bemesten: voorjaar, zomer met Kruiden Mest
Vochtigheid: droog, normaal
Snoeien: De plant sterft elke winter af en loopt in het voorjaar weer uit. Net voor het uitlopen kan het oude loof afgeknipt of weggehaald worden, rond maart.
Standplaats: zonnig/schaduw
Bloem: wit
Bloeitijd: juni, juli, augustus
Blad/loof: bladverliezend, groen
Hoogte: 30 cm, 75 cm
Gebruik: soepen, gevogelte, vleesgerechten, visgerechten, groenteschotels/bijenplant
Winterhardheid: extreem winterhard (< -45,5°C tot -28,9°C)
Citroenmelisse kun je zowel in de volle grond als in potten en bakken zaaien. In de maand maart kun je de plant binnen al voorzaaien op een zonnige plek zoals de vensterbank. De zaden strooi je over de potgrond uit en hoef je niet te bedekken met een laagje aarde.
Vanaf mei/juni kun je de Citroenmelisse ook direct in de volle grond zaaien. Zaai de plant het liefst op een zonnige en beschutte plek. Hoe meer zonlicht het kruid krijgt, hoe smaakvoller de bladeren worden.
Let erop dat de zaden van de Citroenmelisse traag zijn met ontkiemen. Pas na 2 tot 4 weken kun je de eerste zaailingen ontdekken.
Citroenmelisse kan vrij hoog en breed worden. Wanneer er te veel zaailingen dicht op elkaar zijn opgekomen, verplant je enkele plantjes naar een nieuwe plek. Dit wordt ook wel verspenen genoemd. Houd bij het verspenen van citroenmelisse een plantafstand aan van 40 tot 60 cm.
De plant verspreidt een citroengeur die zowel muggen als andere vliegjes in de zomer weghoudt. Zet eventueel een stekje Citroenmelisse in een pot met potgrond en kweek deze op. Zet de pot op de tuintafel of op een andere plek waar je graag buiten zit. Zo houd je de muggen op afstand.
Citroenmelisse stelt niet veel eisen aan de grond maar heeft een voorkeur voor een voedingsrijke en vochtige bodem. Verwen de bodem tijdens de groei regelmatig met biologische mest. Zo kan het meerjarige kruid jaren mee.
Na het zaaien en kweken ontwikkelt de Citroenmelisse zich in de vorm van een struik. Wanneer je de plant te breed of hoog vindt, kan deze plant teruggesnoeid worden. De beste snoeitijd is in augustus.
In de winter verliest de plant zijn bladeren. Maar dankzij de wortelstokken kan de Citroenmelisse het koude seizoen prima overleven en zal zij het jaar daarna weer prachtig bloeien.
Vanaf juni kun je Citroenmelisse oogsten door met een schoon en scherp mes de stengels 10 cm boven de grond af te snijden. Vaak brengt de plant het eerste jaar nog niet veel oogst op. Vanaf het tweede jaar kun je echter het hele seizoen genieten van verse citroenmelisse. Door tijdens het oogsten ook de bloemen te verwijderen, verleng je de oogstperiode.
Citroenmelisse smaakt vers het lekkerste maar kan op een donkere en koele plaats goed worden bewaard. De bewaartijd van de Citroenmelisse is te verlengen door de stengels binnen in een vaas of glas water te zetten. Daarnaast kun je citroenmelisse ook drogen of bewaren in de vriezer.
Mentha ×piperita, beter bekend als munt of mint, is een fris kruid dat muggen w...
Planttype: Kruiden, vaste plant
Grondsoort: Pokon Bio Moestuin Grond
Bemesten: voorjaar, zomer
Vochtigheid: normaal
Standplaats: zonnig, schaduw
Wind: beschut tegen harde wind
Hoogte: 30 cm, 75 cm
Bloem: geurend, lila
Bloeitijd: juli, augustus
Blad/loof: bladverliezend, groen
Zaaitijd: februari, maart
Planttijd: april, mei, juni
Oogsttijd: juni, juli, augustus, september, oktober
Winterhardheid: extreem winterhard (< -45,5°C tot -28,9°C)
Munt is in vele soorten verkrijgbaar. De meest bekende zijn:
- pepermunt, de ‘Mentha Piperita’
- groene munt of Marokkaanse munt
Alle soorten munt zouden een geneeskundige kracht bezitten en klachten zoals verkoudheid, misselijkheid en darmklachten verminderen. Daarnaast zie je menthol, een bestanddeel van pepermuntolie, vaak terug in aftersun producten door het verkoelende effect dat het geeft op de huid.
Vanaf april kun je munt gemakkelijk zelf kweken, buiten in de volle grond of in een moestuinbak. Je kunt ook kweken in een wat kleiner kweekkastje. Wil je al eerder in het jaar genieten van je eigen munt? Dan kun je het beste binnen kweken, bijvoorbeeld in een pot in de keuken of achter het glas op de vensterbank. Wanneer je in de volle grond kweekt of plant, doe je er verstandig aan om ze in de grond af te schermen. Je wilt namelijk niet dat munt je hele tuin overwoekert. Je kan dit onder andere doen door een pot zonder bodem in te graven.
Wanneer je munt wil planten of zaaien, kun je dit het beste op een zonnige plek of in de halfschaduw doen. Wanneer munt genoeg zon krijgt, zal het een betere smaak en geur ontwikkelen.
Geef munt genoeg water, zodat het niet uitdroogt. Controleer regelmatig of de bodem waarin het kruid staat nog vochtig is. Wanneer dit niet het geval is, kun je een scheutje water geven.
Maak gebruik van de juiste voeding, om de munt gezond te houden. Bio Lavendel & Kruiden Voeding is geschikt voor de munt en is een 100 procent natuurlijke meststof. Deze voeding zorgt voor meer weerstand tegen ziektes en een gezonde plant. Planten die gezond zijn, zullen een heerlijke geur en smaak geven. De voeding werkt tot wel 120 dagen.
Iedere winter sterft de munt af. In het voorjaar loopt deze weer uit. Net voor het uitlopen, in maart, kun je het oude loof afknippen of weghalen. Zo krijgt de plant weer ruimte om te groeien.
Je kan zowel de blaadjes als de takjes van munt oogsten. De blaadjes kun je prima met de hand eraf halen, maar de takjes kun je beter knippen met behulp van een kruidenschaartje. Munt groeit snel, dus wees niet bang om wat takjes van het plantje af te knippen.
Munt is veelal erg geliefd, omdat je het aan verschillende gerechten kan toevoegen. Munt heeft een frisse smaak en een heerlijke toevoeging veel andere soorten eten. Voeg munt toe aan salades, vleesgerechten of groenteschotels. Daarnaast kun je ook muntthee maken of wat munt toevoegen aan een kan water.
Ocimum basilicum, beter bekend onder de naam basilicum, wordt ook wel de koning ...gemakkelijk zelf kweken.
Snoeien: Snoei is niet nodig bij deze plant.
Licht: zon
Gebruik: salades, sauzen, soepen, vleesgerechten, groenteschotels
Planttype: Kruiden
Zaai- en planttijd: april, mei, juni, juli
Oogsttijd: mei, juni, juli, augustus, september, oktober
Winterhardheid: slecht (-6,6 tot -1,2°C), USDA zone 9
De meest bekende basilicumsoorten zijn Genovese en Sweet basil, deze soorten vind je veel bij tuincentra en supermarkten. De vaak groene basilicum kun je echter ook vinden in heel andere kleuren en smaken. Zo hebben de soorten Dark Opal en Red Rubin een vergelijkbare smaak, maar zijn donkerpaars gekleurd. Wie voor een soort met bijzondere smaak zoekt kan kiezen voor Anis Blanc basil met een anijsachtige smaak, Cinnamon basil met een kaneelachtige smaak of voor Mrs. Burns lemon basil met een citroenaroma.
Vanaf half april kun je basilicum buiten in de volle grond of in potten zaaien. Kies voor een plek in de volle zon. Hoe warmer de buitentemperatuur, hoe sneller de zaden zullen kiemen en hoe lekkerder het eindresultaat na het oogsten. Zaai zaden in de volle grond met een afstand van zo’n 30 centimeter en bedek ze daarna met een laagje grond van ongeveer een halve centimeter. Gemiddeld kiemen de zaden van basilicum binnen 7 tot 12 dagen. In pot mag je basilicum dicht op elkaar zaaien, zodat de planten vooral in de hoogte zullen groeien.
De lekkerste basilicum begint met de juiste grond. Gebruik voor het kweken van kruiden en groenten altijd biologische potgrond. Geef de planten na het zaaien regelmatig water maar voorkom dat de planten volledig onder water staan om verrotting te voorkomen. In de periode juli tot en met augustus kun je de planten voeden met biologische plantenvoeding. Basilicum in pot vraagt vaker om bemesting dan planten in de volle grond.
Basilicum in de volle grond kun je van mei tot en met oktober oogsten. Pluk de blaadjes vanuit de top van de plant of knip de gehele stengel af met een schone schaar. Omdat basilicum na het plukken snel slap wordt, kun je deze het beste vlak voor gebruik oogsten. Knip altijd boven de eerste twee blaadjes vanaf de grond, zodat de basilicum daarna weer verder kan groeien.
Met een olijfboom haal je de mediterrane sfeer in je tuin. Deze statige bomen di...
Planttype: Kuipplant/Orangerieplant, Fruit(boom)
Grondsoort: mediterrane grond
Bemesten: twee keer per jaar
Vochtigheid: normaal
Standplaats: halfzon, zon
Hoogte: 150 tot 200cm
Groeiwijze: breed opgaand, opgaand
Bloem: wit, geel
Bloeitijd: juni
Blad/loof: groenblijvend, grijsgroen
Bloemvorm: zelfbestuivend
Vrucht: paars
Rijptijd: midden september
Winterhardheid: matig (-12,2 tot -6,7°C), USDA zone 8
Mediterrane planten, zoals de olijfboom, komen uit het Middellandse Zee gebied, waar het minder regent dan in Nederland. De grond in dat gebied kan water goed vasthouden. In speciale grond voor mediterrane planten, zoals de olijfboom, is TerraCottem toegevoegd, waardoor water beter wordt vastgehouden en gelijkmatig wordt afgegeven. Door de toevoeging van klei en een lava-achtige stof wordt de oorspronkelijke omgeving nog meer benaderd.
De olijfboom houdt van zon en warmte en zal ook bij veel zonuren het mooiste bloeien. Zet hem daarom ook op een zonrijke plaats. Komt er vorst? Dan doe je er goed aan om de olijfboom in pot in de schuur te zetten.
@pokon_nl De beste tips voor het verzorgen van je olijfboom! ?#pokon #olijfboom #tuintips #fyp #tuininspiratie ♬ original sound - Pokon
Om de olijfboom goed te laten groeien en bloeien is een goede voeding erg belangrijk. Goede voeding zorgt bovendien voor meer weerstand tegen ziektes en plagen. Vooral kali (K) is belangrijk, o.a. om af te kunnen harden tegen de koude winterse omstandigheden in ons klimaat.
Het snoeien van een olijfboom mag gedurende het hele groeiseizoen, bij voorkeur in het voorjaar. Hierdoor zorg je ervoor dat het zijn mooie vorm behoudt. Je kunt de langste (3-4 jarige twijgen) snoeien om de groei vanuit de kroon te bevorderen, zodat je een volle boom krijgt. Laat takken in ieder geval 20 cm lang.
Zorg ervoor dat de olijfboom voldoende water krijgt bij droog weer. Maar let op, natte voeten is niet goed voor een olijfboom. Vooral bij olijfbomen in een pot kan dit gebeuren. Dit kan je voorkomen door een paar gaten in de pot te maken en hydrokorrels te gebruiken.
Olijfbomen zijn winterhard, tot ongeveer -10 graden Celsius, afhankelijk van de standplaats. Hoewel ze redelijk goed bestand zijn tegen kou, kunnen ze bij strenge vorst alsnog schade oplopen. Bescherm bomen die in de grond staan met een speciale hoes en dek de grond af met mulch. Olijfbomen in pot kun je het beste verplaatsen naar een beschutte plek, zoals een garage of schuur, waar het niet vriest.
Allereerst is het belangrijk dat je hem op een goede plek zet. Zorg dat de boom op een zonnige plek staat, waar hij minstens 6 uur zonlicht per dag krijgt. Houd de grond licht vochtig. Bemest de olijfboom in de lente en in de zomer met een meststof speciaal voor mediterrane planten. Bescherm de boom tegen vorst.
Marjolein is een plantengeslacht waar ongeveer twintig soorten van zijn. De beke...
Marjolein, ook wel bekend als oregano, komt oorspronkelijk uit het Middellandse Zeegebied. Het wordt al eeuwenlang gebruikt in de Griekse en Romeinse keuken en geneeskunde.
Marjolein, ookwel Origanum, is een plantengeslacht bestaande uit ongeveer 20 verschillende soorten.
Echte Marjolein is afkomstig uit het oosten van het Middellandse Zeegebied. De plant heeft een intense smaak die lijkt op die van oregano, alleen dan zachter en zoeter. Echte Marjolein wordt gebruikt in de bereiding van worsten, maar ook bij aardappelgerechten en andere vleesgerechten. Deze plant bereikt een hoogte van ongeveer 50 centimeter en krijgt roze/witte bloementjes.
Wilde Marjolein is in de supermarkt te vinden als oregano. Ook wordt het wel eens palingkruid genoemd. Deze variant bereikt een hoogte van 30 tot 60 centimeter. In de periode van juli tot en met september krijgt Wilde Marjolein roze (soms witte) bloemetjes.
Hopmarjolein bereikt een maximale hoogte van 20 tot 30 centimeter. In de bloeiperiode van juni tot en met september krijgt de plant roze tot roodpaarse bloemetjes. Hopmarjolein heeft een kruipende groeiwijze met hangende stengels.
Deze variant marjolein bereikt een hoogte van 50 tot 70 centimeter. In de periode van juli tot en met september krijgt hij witte bloemetjes. De blaadjes van Franse Marjolein worden vaak gebruik top bijvoorbeeld pizza’s, vis, tomaten en aubergine.
Met zijn lichtroze tot paarsige bloemetjes is deze plant een liefhebber bij vlinders en bijen. De bloemen groeien in bolvormige schermen. In totaal bereikt deze variant een hoogte van 30 tot 50 centimeter.
Marjolein kan worden verplaatst in de lente of in de herfstperiode. Graaf hierbij de kluit uit. Voorkom daarbij dat de wortels teveel beschadigd worden.
Of je nu een beginnende plantenliefhebber bent of al jaren groene vingers hebt: de Pokon Plantengids is jouw betrouwbare bron voor alles wat groeit en bloeit. Van tropische kamerplanten tot kleurrijke tuinbloeiers en van luchtzuiveraars tot vetplanten, je vindt hier alle informatie die je nodig hebt om jouw planten gelukkig te maken.
Bij Pokon geloven we dat een gezonde plant begint bij de juiste verzorging. Daarom delen we niet alleen onze kennis over licht, water en voeding, maar ook over potgrond, verpotten en het herkennen van signalen van je plant. Zo geef jij jouw groene vrienden precies wat ze nodig hebben om te groeien, bloeien en jouw huis of tuin op te fleuren.
Laat je inspireren door ons uitgebreide overzicht van plantensoorten en gebruik de handige filters om snel jouw perfecte match te vinden.