Stekken: jouw eigen plantenfamilie

Wat is er nou leuker dan jouw eigen plantenfamilie uit te breiden? Met veel liefde en aandacht zie je kleine plantjes zich ontwikkelen en uitgroeien tot volwaardige groene kamerplanten. Omdat jij ze van kleins af aan hebt zien opgroeien, herken je al direct een “karakter”. De plant voelt zich thuis bij jou en jij krijgt een trots gevoel wanneer je naar die prachtige plant kijkt. Wil jij jouw plantenfamilie ook uitbreiden? Begin met stekken!

Welk materiaal heb je nodig?

• Scherp mes
• Snoeischaar
• Glazen flesjes
• Aardewerken potjes
• Stekgrond
• Plastic zak of stolp

De basis

De beste tijd van het jaar om je planten te stekken is het voorjaar, maar de zomer is ook een goed seizoen. In deze maanden is er voldoende licht en warmte voor jouw kleine plantenbaby’s om goed te wortelen en natuurlijk te groeien.

Regel nummer 1: gebruik altijd schone tools als je je planten stekt.   
Dus maak je mes of schaar schoon met een klein beetje desinfectiegel of alcohol. Zo voorkom je dat je per ongeluk de ene plant besmet met bacteriën van de andere plant. En natuurlijk is een schone pot ook belangrijk! 

Regel nummer 2: stek het liefst planten die gezond en sterk zijn.   
Jouw stekjes zullen dan ook makkelijker en sneller groeien. Een stekje met een goede “stamboom” resulteert vaker in groene en volle kamerplanten. Kies bij het stekken voor de stevige delen van een plant, en niet de hele jonge scheuten die nog verder moeten ontwikkelen.

Regel nummer 3: zorg ervoor dat je niet te grote stekken maakt.  
Het stekje heeft nog geen wortels ontwikkelt om voldoende water op te nemen en zijn blaadjes te voorzien van water. Daardoor zal de stek eerder afsterven. Het ideale stekje is ongeveer zo’n 10 tot 15 centimeter lang. Haal altijd wat van de onderste bladeren van je stek af, dat is het uiteinde wat straks in de grond of onder het water gaat.

Regel nummer 4: als laatste basiselement heb je geduld nodig. 
Sommige stekjes wortelen binnen enkele weken, maar andere nemen gerust hun tijd en kunnen daar maanden over doen. Zolang je stekje er nog gezond uit ziet, en niet verdroogd of verlept, dan is deze druk bezig met het maken van wortels.

Kies de juiste stekmethode

Voor iedere plant is er een “makkelijke” methode van stekken. Bij de een is het beter om een blaadje te gebruiken, bij de ander liever een stengel. Maar wat is nou precies het verschil?

De makkelijkste stekjes zijn de uitloperstekjes. Sommige planten maken deze namelijk vanzelf aan. Het zijn de baby’s die groeien naast de “hoofdstam”. Deze haal je uit de grond en kun je stekken. Zijn de wortels nog wat klein? Dan kun je hem eerst op water stekken.

Uitloper planten: de Graslelie, Pannenkoekenplant en Bananenplant.

Een stengelstek komt voor bij een plant met veel stengels. Deze worden ook wel luchtwortels genoemd. Dat zijn de lange stengels die naast blaadjes groeien. Ze hebben als doel de plant te voorzien van extra voeding vanuit de lucht. Ook hebben ze nog een andere functie: het helpen met klimmen. Doordat de planten zich vast laat groeien aan bomen en muren krijgen zij meer zonnestralen te zien. Ze kruipen als het ware naar het licht toe. 

Stengelstek planten: de Monstera deliciosa, Monstera adansonii, Scindapsus, Epipremnum planten en veel Philodendrons.

Bij planten waarbij de bladeren vastzitten aan een stevige stam, gebruik je een kopstek. Bij kopstekjes gaat het om het topje van een plant. De stengel van de plant heeft een aantal knopen, dit is de plek waar de bladeren uit de stengel groeien. Om een kopstek te nemen, snij je het bovenste stuk van de moederplant schuin af net onder een van die – niet de bovenste – knoop en haal je de onderste blaadjes eraf. Eigenlijk krijg je dan een miniatuurversie van het kroontje van een ananas. Plaats de stek in een glas water, totdat deze worteltjes aanmaakt.  

Een bladstek pas je toe bij planten met vet, rond blad of die in rozetten groeien. Zoals het woord al zegt: het stekje is een blad. Bijzonder dat uit zo’n blaadje een heel nieuw plantje groeit. Laat het blad een dag drogen en steek het de volgende dag voor een kwart in de grond. Zet het potje op een fijne, warme plek en heb geduld.

Bladstek planten: Sedum Burrito, Peperomia en Begonia.

Wortelen in de aarde of in water

Je kunt je planten op verschillende manieren laten wortelen. De makkelijkste manier voor de meeste stekjes is om ze een tijdje in het water te “hangen”. Hierdoor kan je het stekje goed in de gaten houden en je hoeft niet bang te zijn dat je te weinig water geeft. De nieuwe wortels die gaan groeien vullen je glazen vaasjes of potjes! Een nadeel van deze methode is dat de stekjes daarna erg moeten wennen aan hun nieuwe “zanderige” omgeving, met de wortels in de potgrond. Het is daarom ook raadzaam om de grond licht vochtig te houden, totdat je ziet dat de plant goed geaard is.  
 

Wist je dat…

• Pokon speciale Pokon Stekpoeder en Bio Zaai & Stekgrond in het assortiment heeft om jouw plantenbaby’s een perfecte start te geven? 
   
• Het ook mogelijk is om kruiden zoals rozemarijn, tijm en salie, te stekken? 
   
• Je stekjes ook heel goed kunt uitwisselen met elkaar of cadeau kunt geven? Zo krijg je verschillende nieuwe planten in huis zonder dat je nieuwe hoeft te kopen. 
   
• Je de stekjes op water of in de grond nog een extra steuntje in de rug kunt geven door ze een kas te geven? Dit kan met een kweekkas voor kamerplanten, maar je kunt het ook eenvoudig zelf nabootsen door er een plastic zakje of gekapte PET fles overheen te plaatsen. Laat de boel wel af en toe even luchten. 
   
• Je het water van stekjes regelmatig moet verversen? Je zult zien dat het stekje water opneemt, want als je geen vers water geeft zul je snel genoeg zien dat er een restje water onderin het potje blijven zitten. Gooi dit dan weg, spoel het even om en vul het glaasje, potje of de vaas met vers water. De stek zal je dankbaar zijn! 
   

Lees ook:

• Monstera stekken
• Red mijn kamerplanten: do's en don'ts
• Kamerplanten in de schaduw