Wil je graag zelf groenten en fruit kweken, maar heb je niet veel geld te besteden? Geen nood! Met een beetje creativiteit en planning kun je ook met een klein budget een leuke en productieve moestuin aanleggen.
Tip 1: Start met de juiste grond
Het is belangrijk om te beginnen met gezonde grond, want planten groeien niet goed in slechte grond. Je kunt de grond laten testen bij een tuincentrum of zelf een test doen. Als je geluk hebt, is je grond al gezond. Zo niet, kun je hem verbeteren. Dit doe je met compost of mest. Je kunt zelf compost maken in een compostbak of mest ophalen van biologische boerderijen.
Tip 2: Kies de juiste planten
Begin klein! Kies een paar makkelijke groenten en fruitsoorten om te kweken, zoals sla, tomaten, courgette en aardbeien. Zo is de kans groter dat het lukt en hoef je niet direct veel te investeren in zaden en plantjes.
Tip: check altijd de verpakking van de zaden of de steker naar wat de licht en waterbehoefte is van het door jouw gekozen gewas. Zo voorkom je dat planten doodgaan en je ze moet vervangen. Iedere plant heeft zijn eigen behoeften. Hoe meer je daar aan voldoet, hoe groter de kans is dat het lukt.
Tip 3: Kweek planten uit zaad
Zaden zijn altijd goedkoper, dan planten die al reeds uitgegroeid zijn. Je kunt zaden vaak gemakkelijk in het voorjaar voorzaaien op de vensterbank door middel van een zaaitray (of eierdoos). Door het af te dekken met bijvoorbeeld keukenfolie met gaatjes maak je op een gemakkelijke manier een klein broeikasje. Wortelen, radijsjes en sla kun je makkelijk uit zaad kweken.
Tip: kweek je eigen zaden. Zaden bewaren is goedkoper dan telkens nieuwe zaden te kopen. Wanneer je moestuin het eerste jaar draait, kun je in de late zomer of herfst zaden verzamelen en drogen op een bakplaat. Vergeet niet je zaden te labelen!
Tip 4: Vermeerder je planten
Wellicht wist je al van het stekken van kamerplanten af, maar wist je dat je ook veel planten in de moestuin kunt stekken? Kruiden zoals rozemarijn, munt en basilicum kun je gemakkelijk vermeerderen door een takje af te knippen en te laten wortelen in water of aarde.
Tip 5: Maak je eigen compost en mulch
Met compost kun je de bodem van jouw moestuin verbeteren. Wist je dat je compost gemakkelijk zelf kunt maken van etensresten en tuinafval? Lees hiermeer over composteren. Mulch kun je maken van gehakselde bladeren. Dit kun je vervolgens rondom je gewassen strooien om onkruid tegen te gaan en helpt tevens de bodem minder snel uitdrogen.
Tip 6: Herbruiken en recyclen
Tuingereedschap kun je vaak tweedehands kopen bij kringloopwinkels, rommelmarkten of online. Sommige tuinaccessoires kun je zelf maken van spullen die je al hebt. Een moestuinbak kun je bijvoorbeeld maken van gebruikte pallets. Een eierdoos kun je gebruiken als zaaitray. Wees creatief!
Tip 7: Trek nuttige insecten aan
Wist je dat lieveheersbeestjes en oorwormen dol zijn op bladluizen? Zo zijn er nog veel meer nuttige insecten! Door deze dieren aan te trekken naar je tuin, heb je geen gewasbeschermingsproducten nodig. Voorkomen is altijd beter dan genezen. Lees hier meer over nuttige insecten aantrekken. Maak bijvoorbeeld een Oorwormenpot:
Vul een terracotta pot met hooi, stro, houtwol of karton. Zorg dat de pot gevuld zit, maar dat er nog wel ruimte is voor de oorwormen om er tussendoor te kruipen.
Steek een touw of ijzerdraad door het gat van de pot om hem op te hangen.
Plaats de pot op een beschutte plaats in de tuin. Plaats de pot niet de hoog, zodat de oorwormen er gemakkelijk in kunnen komen.
