Yes, het is bijna zover… het grote uitplanten in de moestuin kan eindelijk beginnen!
Na weken (of zelfs maanden) veel werk te hebben gestopt in het zaaien, verzorgen, verpotten en bekijken of ze al gegroeid zijn, zijn je plantjes bijna klaar voor het echte werk: ze mogen de volle grond in! Maar let op – voordat je enthousiast met schepje en plantjes de tuin in duikt, is er nog één belangrijke stap die je echt niet moet overslaan: afharden.
Wat is afharden eigenlijk?
Afharden betekent simpelweg je plantjes laten wennen aan de temperatuur buiten. Je kunt je voorstellen: je zaailingen hebben wekenlang binnen in het raamkozijn of onder groeilampen gestaan. Ze zijn verwend met stabiele temperaturen, geen wind, geen regen, geen felle zon… en dan ineens hup, de koude buitenlucht in? Dat is nogal een overgang.
Plantjes die niet zijn afgehard, kunnen het behoorlijk moeilijk krijgen of zelfs doodgaan door het grote temperatuurverschil. Daarom: eerst laten wennen, dan pas uitplanten!
Wanneer kun je veilig uitplanten?
Als de nachttemperatuur niet meer onder de 10 graden komt of als de IJsheiligen voorbij zijn! Deze periode valt ieder jaar tussen 11 en 15 mei. Na deze data is de kans op nachtvorst volgens de volkswijsheid (en inmiddels ook veel weersvoorspellingen) minimaal. Het moment dat je veilig mag losgaan in de moestuin dus.
Hoe doe je dat, afharden?
Heel simpel: begin ongeveer vier dagen voordat je gaat uitplanten. Zet je zaailingen overdag buiten, op een beschutte plek. Denk aan een plek uit de wind en met wat schaduw – bijvoorbeeld onder een afdakje, in een koude kas of in een platte bak.
’s Avonds haal je ze weer naar binnen of zet je ze in de schuur.
Na twee dagen kunnen ze gerust ook ’s nachts buiten blijven. Dan zijn ze echt gewend aan hun nieuwe omgeving.
Tips voor het uitplanten
Afgehard? Mooi, dan kunnen ze de grond in!
Een paar handige tips voor het uitplanten:
Voorzichtig uit het potje halen: Knijp zachtjes in het potje zodat de kluit loskomt. Zo voorkom je dat je de wortels beschadigt bij het eruit halen.
Even dompelen: Dompel elk plantje in een emmer water vóór je het in de grond zet. Hierdoor zuigt de kluit zich vol met water, wat een fijne voorsprong geeft na het uitplanten. Heeft het lang niet geregend, dan zou ik de grond nog even nat maken voordat je ze uitplant.
Geef steun waar nodig: Sommige planten hebben begeleiding nodig – denk aan tomaten, bonen of erwten. Gebruik bamboestokken, touwtjes of knijpers om ze te ondersteunen, of maak zelf een rekje.
Kies het juiste moment van de dag: Plant het liefst uit in de ochtend of in de avond als het niet zo heet is. Zo hebben je plantjes de tijd om rustig te wennen zonder dat de zon erop brandt.
Succes met uitplanten en… vooral heel veel plezier in de tuin!
Geschreven door Floor Korte van Floors Moestuin | Fotografie: Hanke Arkenbout
